Waarom dragen?
Een baby wordt geboren na gemiddeld 9 maanden en maakt dan een enorme overgang mee. In de baarmoeder werd een baby heerlijk de hele dag gewiegd, hoorde hij de stem van mama en het geruststellende kloppen van haar hartslag. Ook was het heerlijk warm en comfortabel. Na de geboorte is er ineens veel licht en veel harde geluiden en het is er ook koud. Een baby’tje zal heel graag bij mama willen zijn en verlangen naar haar geur en warmte, het horen van haar hartslag en het fijne gewieg. Dit wordt ook wel mamahonger of huidhonger genoemd.
Door een baby te dragen kom je tegemoet aan de behoefte van de baby om bij mama te zijn. Hierdoor zal de baby makkelijker ontspannen en zich prettiger voelen. Daarnaast is het voor een baby op die manier makkelijker om op temperatuur te blijven en werkt het pijnstillend bij krampjes en reflux.

Het geeft troost en het laat een baby weten: ik ben er voor je. Je kunt makkelijk signalen van ongemak of honger opmerken en hier op inspelen. De drager omhult je baby op een prettige en zachte manier wat zijn periode in de baarmoeder nabootst. Je kunt je kindje er niet mee verwennen. Dicht bij je zijn en contact hebben de belangrijkste mensen in je leven, je ouders, is iets wat ieder mens nodig heeft. Ze voelen warmte, affectie, liefde. En tegelijkertijd leren ze, als ze iets ouder zijn, hoe jij als ouder met andere mensen communiceert, hoe je reageert als je schrikt of hoe je reageert als je bang bent. Dat is geruststellend en waardevol tegelijk voor een baby.

Tenslotte heb je als ouders op deze manier ook nog twee handen vrij om aandacht aan je andere kinderen te geven, iets voor jezelf te doen of om iets aan het huishouden te doen.

Je weet dat je wilt dragen, maar waar begin je?

Dragen kun je op verschillende manieren doen. Zo kun je dragen in een geweven doek of in een rekbare doek. Maar je kunt ook kiezen voor een ergonomische drager. Wat bij jou en je baby past is heel persoonlijk. De ene ouder weet niet wat ze aan moet met een lap stof van 5 meter lang terwijl de andere ouder niet uit de voeten kan met een drager met veel gespen.

Draagdoek

Een draagdoek is altijd op maat te maken bij ieder kindje en bij iedere ouder. Ik ga in dit artikel alleen in op de geweven draagdoek omdat je daar mee kunt variëren en op verschillende wijzen kunt dragen. Met een rekbare doek, die andere eigenschappen en voor- en nadelen heeft, kun je je kindje na de geboorte een paar maanden fijn op de buik dragen.

Met een geweven draagdoek kun je je baby dragen direct na de geboorte tot je baby een peuter of een kleuter is. Je kunt met een geweven draagdoek op je buik dragen, maar ook op je heup of op je rug. De mogelijkheden en de verschillende knopen zijn eindeloos.

Draagzak

Niet iedereen wil dragen met een draagdoek. En dan is er gelukkig een breed aanbod aan draagzakken op de markt. Belangrijk is dat je er één kiest die ergonomisch is en die fijn en prettig draagt.

Hieronder wat tips waar je een goede draagzak aan kunt herkennen:

De draagzak heeft een heel zacht en soepel rugpand. Een baby heeft van zichzelf een bolle rug. Als je je baby draagt wil je dan ook dat je kindje een licht gebolde houding aan kan nemen. De draagzak volgt dan de houding van je baby en niet andersom.

De benen van je kindje worden ondersteund van knieholte tot knieholte. De knietjes van je baby zitten hoger dan de billen. Zo draag je je baby in de spreid-hurk houding en de heupontwikkeling wordt hiermee optimaal gestimuleerd. Niet alle draagzakken kun je in de breedte verstellen. De meeste fabrikanten hebben om dat op te lossen een insert gemaakt die je kunt gebruiken tot je kindje zonder de insert erin kan. Ideaal is dit niet omdat je toch inlevert op het gebruiksgemak en de houding van je kindje.

De drager is vaak op meerdere manieren aan te spannen en te verstellen. Zo kun je je baby heel dicht tegen je aan dragen. Het gewicht van je kindje wordt dan ‘eigen gewicht’. Hierdoor is het dragen niet zwaar en hangt de drager niet aan je nek of schouders.

Als je je kindje draagt kun je, als je je hoofd buigt, een kus op je baby’s hoofdje geven. Door op deze hoogte te dragen is het comfortabeler voor jou.

De draagzak is gemaakt van veilige materialen. De stof is veilig geverfd zodat je baby er op kan sabbelen en hij is gemaakt met kwalitatief goede gespen of klittenband en stevig gestikte naden.

Dragen met het gezicht naar voren? Doe maar niet

Eigenlijk alle ergonomische draagzakken hebben niet de optie om je kindje met het gezicht naar voren te dragen. Dat komt omdat in die houding de rug hol trekt en niet meer zijn natuurlijke bolling behoudt. Je kunt ook geen geen spreid-hurk positie van de beentjes creëren en de benen kunnen niet van knieholte tot knieholte ondersteund worden.
Ook heeft je baby veel minder (lichaams)contact met jou als je op deze manier draagt en hij kan zich niet goed afsluiten voor alle prikkels die op hem af komen. Als je met de buik van je baby tegen jouw lichaam draagt kan je baby goed om zich heen kijken, maar daarnaast kan hij zijn hoofd wegleggen en zich afsluiten.

Als je denkt dat je kindje behoefte heeft aan meer om zich heen kijken is rugdragen een goede en veilige optie. Met de draagdoek kun je eerder gaan rugdragen dan met de draagzak. Vanaf het moment dat je kindje zelfstandig kan gaan zitten, meestal rond de 9 maanden, kun je ook met de draagzak veilig op je rug gaan dragen. Het vergt wat oefening, of misschien wel hulp van een draagconsulente, maar als je eenmaal door hebt hoe je je kindje veilig naar- en van je rug kunt halen kun je het overal doen en kun je nog lang genieten van de fijne momenten van het dragen.

Wat kan een consulent voor je doen?
“Waarom zou ik voor een draagconsult naar een consulent gaan en niet naar de buurvrouw op de hoek die haar eigen kindjes veel heeft gedragen? Zij heeft op die manier toch ook wel draagervaring heeft en ze is ook nog eens goedkoper?”

Deze vraag krijg ik weleens; wat is nu de meerwaarde van een geschoolde draagconsulent?

Een draagconsulent heeft een gedegen opleiding gevolgd. Meerdere dagen ben je heel intensief bezig met de achtergrond van het dragen, de fysiologie van de mens, de theorie over hechting en geborgenheid maar natuurlijk ook met het aanleren van alle knopen.
Ikzelf heb naast de basisopleiding ook de gevorderdenopleiding gedaan. Daarin hebben we uitgebreid stilgestaan bij speciale situaties die je kunt tegenkomen tijdens een consult. Heupdysplasie, klompvoetjes en het syndroom van down zijn hier slechts enkele voorbeelden van. Daarnaast kan niet alleen het kind een speciale behoefte hebben, ook de diegene die het kindje wil dragen kan dat hebben; denk maar aan reuma, bekkeninstabiliteit, dragen na een keizersnede of het missen van een arm.

De knopen die behandeld worden tijdens de opleiding worden uitgebreid besproken en elke stap wordt uitgeplozen. Waarom doe je dit? Waarom werkt dat niet? Wat gebeurt er als je dit zo doet? Kan dit ook op deze manier? De veiligheid van het kind staat hier voorop. Hoe kun je dit veilig voor je kindje houden, wat zijn tijdens de knoop de aandachtsmomenten waar je extra op moet letten, dat is allemaal kennis die je niet van jezelf hebt.
Veiligheid is erg belangrijk, het gaat tenslotte om andermans kinderen die gedragen worden!

Een draagconsulent is in alle situaties in staat om je advies op maat te geven. Ze pleegt intervisie met collega’s en werkt samen door te overleggen over casussen. Daarnaast is het aanbod knopen die ze je kan leren uitgebreid en de hoeveelheid dragers die je kunt passen tijdens een pasconsult meestal groot

Samengevat heeft een draagconsulent;
– minimaal de basisopleiding gedaan bij een (liefst geaccrediteerde) draagschool
– zich mogelijk aangesloten bij de beroepsvereniging van de VDC
– haar kennis van de laatste ontwikkelingen omtrent het dragen van je kindje continue up to date gehouden door zelfstudie en scholingsdagen
– voldoende kennis van ‘dragen met fysieke klachten’, zowel bij ouders als kind. Bijvoorbeeld heupdysplasie, syndroom van down, rolstoelgebruik, bekkeninstabiliteit.
– officiële draagpoppen om mee te oefenen zodat je eigen kind (of dat van een andere moeder) geen oefenobject wordt
– alle kennis in huis om (zonder de veiligheid in het geding te brengen) af te wijken van de standaard wanneer de persoonlijke omstandigheden van de klant hierom vragen. De algemene informatie die op internet te vinden is past niet altijd bij iedereen.

Om haar kennis en vaardigheden op peil te houden, om voldoende aanbod van dragers en doeken te hebben en om voldoende officiële draagpoppen te hebben investeert de consulente veel tijd en geld. Dit is waarom je bij een draagconsulent een bepaald bedrag betaald voor hetgeen je krijgt. Je bent dan verzekerd van voldoende kwaliteit en veiligheid.

Danielle van Houwelingen
Draagconsulente bij Draagpunt